Peter Broderick - Falling From Trees

>> zondag 31 mei 2009

Door zijn ongelofelijke talent mag Peter Broderick voorzichtig wel een wonderkind genoemd worden. In plaats van het vervreemdende, neurotische gevoel dat dit woord ook in zich draagt, weet de jonge Broderick ons keer op keer te verrassen met klanken waar een etherische rust vanuit gaat. Voor Falling From Trees werd hij benaderd door choreografe Adrienne Hart. Het stuk, Falling From Trees, betreft een man die in een psychiatrisch ziekenhuis in de moeilijkste condities vecht om zijn identiteit te behouden. De muziek die Broderick schreef, neemt de wens van zijn opdrachtgeefster zeer letterlijk. Zo gebruikte hij op haar aanwijzingen niet meer dan piano en viool. In de klassieke muziek een beproefde combinatie van klankkleuren. In Broderick’s modern klassieke composities en door bewerkingen achteraf wordt deze combinatie echter vooruitstrevend. Zo klinken de composities soms alsof er sprake is van een grootse orkestratie. Het resultaat doet wel eens denken aan labelgenoot Olafur Arnalds. De zeven delen van het stuk volgend, wisselen emotieve sferen elkaar op intense wijze af; beklemmend, uitnodigend, en bedroevend. Bedenkend dat dit album het resultaat is van slechts drie weken geïsoleerd werken, maakt het nog indrukwekkender. Wees trouwens niet bang dat Falling From Trees een volstrekt depressieve en zware ervaring is. Zoals veel dansvoorstellingen betaamt, is ook in dit halve uur ruimte voor lichtvoetige opklaringen. Die maken de diepte van de composities nog aangrijpender. De rudimentaire opnametechniek werkt als een krakende deur mee in de organische en ruimtelijke atmosfeer. Peter Broderick heeft een zeer tactiele en visuele stijl die zeer natuurlijk met het dansgenre samenvloeit, net als zijn eerdere ervaringen met cinema. Adrienne maakte een fantastische keus dit toptalent voor de muziek te vragen. Fijn dat wij op deze manier van dit bekoorlijke plaatje kunnen genieten!

Read more...

The Whitest Boy Alive - Rules

>> vrijdag 29 mei 2009

Waar ik eerst zo mijn twijfels had (want is dit soort ‘lounge pop’ niet eigenlijk te simplistisch om serieus te nemen?), ben ik nu helemaal om. Wat een verraderlijk lekker plaatje is dit! En het vernuft is verre van lui of simplistisch. Iedereen die een aantal maanden terug goed oplette, wist dit natuurlijk al. Daarom beoog ik vooral de sceptici aan te spreken. The Whitest Boy Alive geeft ons met Rules een album om van te smullen met binnen het genre een duidelijk eigen gezicht. De manier waarop de plaat ontwapent, kan ik vergelijken met de eerste twee albums van Zero7, een band die ook in eerste instantie niet door iedereen serieus werd genomen. Daar kan inmiddels een flinke lijst prima artiesten aan worden toegevoegd, zoals The Go Find, Saint Etienne, Thief, Raz O’Hara and The Odd Orchestra of Pacific! Muziek raakt mij emotioneel, puur op schoonheid, maar van nature heb ik niet gauw de neiging daarbij te bewegen. Samen met het debuut van The Spinto Band en geselecteerd werk van Saint Etienne maakt dit indrukwekkend gemakkelijke Rules wel wat in mij los. De mix van elektropop en dance voelt perfect aan en, hoewel dansbaar, blijven de ritmes prettig laidback. Inmiddels is het seizoen aardig bijgetrokken en kan deze plaat en plein public zijn slag gaan slaan. Geniet er met volle teugen van!

Read more...

We'll Make It Right - In a Cabin with We'll Make It Right

>> donderdag 28 mei 2009

Hoewel je je kunt afvragen of een suite/studio in het Lloyd Hotel zich wel kwalificeert als een Cabin, is het effect vergelijkbaar. Sluit een aantal muzikanten 24 uur per dag op in een kamer en er moet wel iets gebeuren. Kennelijk zijn de mannen achter In A Cabin With goede slotenmakers. Bovendien moeten we ze eeuwig erkentelijk zijn voor het delen van de resultaten. We’ll Make It Right bestaat uit een zestal muzikanten: Benny Sings, Les Frogs, Bart Suér, Roos Jonker, Dean Tippet, DJ Extraaa en Bo Koek (De Veenfabriek).
De intimiteit van de creatieve samenkomst is goed terug te horen op het album. Dat geldt niet alleen voor de setting van de arrangementen, maar blijkt ook uit de thematiek in nummers als het kinderlijke My Best Friend en het lijzige For the Sleeping. Ondanks de licht experimentele inslag, die bijna een vereiste lijkt in dergelijke situatie, klinken hun songs direct vriendelijk en vertrouwd. Er wordt een zeer divers instrumentarium gebruikt waarbij de harp en dwarsfluit in het bijzonder opvallen. De elektronische foefjes fleuren de boel op innemende wijze op. Plots kan het gezelschap een zeer verdienstelijke jazz ballade weggeven. Zo doet het nostalgisch aandoende Just Like a Man direct terugverlangen naar de klassiekers van de jaren ’30. De sfeer die in de hotelkamer geheerst moet hebben, is bijna tastbaar op het album, dat daardoor een intuïtief karakter krijgt. In hun experimentele momenten klinkt We’ll Make It Right enigszins als de filmmuziek van multitalent Jon Brion, die onder andere te horen was in Boogie Nights, Eternal Sunshine of the Spotless Mind en Punch Drunk Love. Een eerste visueel succes heeft We’ll Make It Right dan ook al op haar naam staan. Het bureau achter de Milner commercials liet al eerder merken een neus te hebben voor de fijnere popmuziek en zowaar, we luisteren momenteel naar het vrolijke nummer Some Day in hun campagne. Als het gemoed dan weer omslaat naar popliedjes, glijden mijn gedachten ook nog af naar de helaas opgeheven gitaarpopband Alfie of zelfs de zoete electropop van Phoenix. Hun muziek bevatte eenzelfde prettige knipoog. Dit album heeft verder weinig met gitaar- of elektropop te maken. Dat is maar goed ook, want deze muzikanten made it right, just right.

Read more...

Norman Kapoyos & The Swinging Mood Orchestra - In a Cabin with Norman Kapoyos & The Swinging Mood Orchestra

De afgedwongen creativiteit in het In A Cabin With project heeft eigenlijk nog nooit teleurgesteld. Ik verheug me dan ook op het nieuwe werk dat geregeld mijn brievenbus bereikt. In dit geval betreft het een gezelschap rondom singer-songwriter Norman Kapoyos op uitnodiging van In A Cabin With producer Jesse Beuker. Er werd gekozen voor een locatie op het Drentse platteland, wat de aanwezigheid van het vaste Swinging Mood Orchestra vergemakkelijkte. Daarnaast was er echter ruimte voor nog enkele gastmuzikanten. Bij elkaar betekent dit dat op deze zeer gevarieerde plaat muzikanten te horen zijn van onder andere Krezip, Kyteman, Stereo en Bettie Serveert. Aan diversiteit was in dit niet misselijke gezelschap geen gebrek. Dat komt overeen met de willekeurige muzikale paden die Norman lijkt te willen volgen. Dat was oorspronkelijk ook de bedoeling van het concept achter The Swinging Mood Orchestra dat hij in 1996 al bedacht. Gedurende zijn tijd op de Rockacademie kreeg dit idee als studentenproject vorm en vanaf 2005 werd de lijn naar het huidige werk als rockorkestje ingezet. Rock blijkt ook de gemene deler op het album. Hoewel het vele kanten uit kan, zoals het folky The Wandering Kind laat horen. Ook de prachtige jazzy popparel Hypothesis baart opzien. Vervolgens kan je ook bluesy invloeden verwachten die soms de scherpe rockklanken opsieren. Puntige, opgeruwde songs worden afgewisseld met zwierige en gemoedelijke ballades. In dit alles valt ook de constante kwaliteit van Norman’s stem op, die bij die genres altijd voor degelijke vocalen weet te zorgen. Aangezien de basis vooral rock in zich draagt, valt de plaat misschien niet helemaal mijn genre, maar Norman Kapoyos & zijn Swinging Mood Orchestra dwingen ongereserveerd respect af met de volgroeide composities op dit album. Juist het feit dat er niet echt kleur bekend wordt, is het enige nadeel van de plaat. Als je dan bedenkt dat dit het resultaat was van slechts een week werk, snap je de vrijbuiterige muzikale uitspattingen weer helemaal.

Read more...

The Captain & Me - Leave Your Friends and Family

Deze Noorse band heeft een zeer karakteristieke stijl die ze zelf omschrijven als ‘maximalistic, epic, conceptual Balkan country’. Dat is een veel treffender benadering dan The Captain & Me slijten als een country band. Het gezelschap streeft in zijn rijke en eclectische muzikale interesses de country noir en alt country ver voorbij. Toch gaat dit nooit zo ver dat de country fundamenten volledig verdwijnen. Maximaliseren doen ze wel degelijk. Het subtiele spel van de intro’s verraad dan ook niet de drukte die vaak volgt. Het staat echter ook een prachtige meezing song als See the Sun niet in de weg. Ongemerkt hebben veel van de nummers op Leave Your Friends and Family de neiging om nog dagen later te pas en te onpas door je hoofd te gaan spoken. Dan is het maar goed ook dat de lat zo hoog ligt, anders zou dit knap irritant kunnen worden. Simpel gezegd spat het strakke speelplezier van de plaat af. Hoewel de band in de basis bestaat uit slechts het tweetal Morten Krane en Even Vaa (songwriters en productie), gaan constant grote aantallen muzikanten in op hun uitnodiging mee te spelen. Daar komen de epische orkestraties vandaan, die barsten van de creativiteit. Het concept is duidelijk aanstekelijk en daarom ijzersterk. Tenslotte voegden zij zelf nog royaal de categorie ‘Balkan’ toe. Dat dekt echter ook niet de volledige lading. Ondanks dat de wijze waarop onvergelijkbaar is, komt er een keur aan folk en wereldlijke invloeden bij kijken die op een doorsnee Oi Va Voi album niet misstaat. Wie zin heeft in een plaat vol vrolijke, zonnige en speelse composities, haalt met Leave Your Friends and Family een hit in huis.

Read more...

La Antena, van Esteban Sapir

>> woensdag 27 mei 2009

De fijnproever weet sinds de jaren ’90 de Argentijnse film feilloos te vinden. Regisseur Esteban Sapir is een scheut aan de uitdijende stam goede cinema die daaruit voort komt. La Antena is zijn tweede film en werd geselecteerd als openingsfilm van het prestigieuze IFFR in 2007. Sapir brengt in de eerste plaats een ode aan de klassieke, stomme film en maakt zich op bijzondere wijze deze stijl eigen. Het gebruik van zwart-wit is functioneel, omdat het de toeschouwer op natuurlijke wijze laat concentreren op de oerkracht van filmische beeldtaal. Een onvermijdelijk element hiervan is het gebruik van verduidelijkende, tekstuele transcripties. Sapir vertaalt dit echter volledig naar het hedendaagse door een dynamische versie van de expressionistische poëzie van Paul van Ostaijen te maken. De regie en montage zijn onmiskenbaar modern, terwijl de film toch vaak ouderwets aan doet. Deze anachronistische aanpak beperkt zich niet tot stijl alleen. De vertelling kent een fantastische, folkloristische thematiek, die visueel is gepositioneerd in een historisch futurisme. Hierin vinden we aspecten terug van de stijl van Jean-Pierre Jeunet en filmknutselaar Michel Gondry, maar dergelijke kunstwerkjes vloeien in La Antena als vanzelfsprekend samen met de verteltrant. Ook valt de Spaanse magisch realistische cinema te herkennen. In het verhaal gaat een stad gebukt onder een dictatoriale macht: Sr. TV. Zijn uitvoerige indoctrinatie en grenzenloze invloed maakte het mogelijk met technisch vernuft alle stemmen van de bewoners af te nemen. Er is echter één stem over die kan verijdelen dat deze verbale gevangenschap zich uitbreidt naar alle woorden. De moralistische lessen in dit moderne sprookje worden kracht bijgezet door veel maatschappijkritische allegorieën die het nazisme niet schuwen. Uiteindelijk blijkt de antenne de sleutel tot de oplossing en de overkoepelende boodschap. Sapir maakte een verrassende en unieke film.

Read more...

Papercuts - You Can Have What You Want

>> zondag 24 mei 2009

De goedgeluimde pop op Papercuts derde plaat, You Can Have What You Want, is een typisch geval van stille wateren hebben diepe gronden. Je kunt heerlijk ontspannen meedeinen op de nostalgisch aandoende, vriendelijke melodieën die de band onafgebroken produceert. De thematiek van de songs is echter een stuk minder aangenaam dan men zou verwachten. Toch is Papercuts niet een band die vooral de aandacht trekt door de tekst, maar zich juist profileert als een geweldige sfeerkunstenaar. De kristalheldere jaren ’60 invloeden voeren de boventoon. Daarbij springen de zweverige orgeltjes die zorgen voor dat onmiskenbare psychedelicasausje het meest in het oor. Een gloedvolle elektronicaruis doet de rest. De vocalen zijn harmonisch, maar altijd getemperd op de achtergrond. Ze zetten de melodieën en akoestische lijntjes net voldoende aan om een subtiele balans te vormen. Het resultaat doet me al snel denken aan Yo La Tengo, hoewel die een stuk absurdistischer te werk gaan. Ook in Oranger, van wie we al vier jaar op een nieuwe plaat wachten, vind dankbaar vergelijkingsmateriaal. Papercuts is echter niet eenkennig en heeft het hoofd niet afgewend van noughties electropop of de post-Radiohead indie. Recente geluiden die mogelijk eenzelfde stamcel delen zijn The Explorers Club en The Loose Salute. Dit zijn bands die naast mid-twintigste-eeuwse vintage ook een liefde hebben voor westcoast americana. Papercuts is toepasselijk ook uit de kern van dat gebied afkomstig en houdt dus op treffende wijze de vibe levend. Ondanks de donkere ondertoon is dit een zeer fijne zomerplaat die een al groeiende reputatie alleen maar verder zal versterken.

Read more...

Scott Matthews - Elsewhere

>> vrijdag 22 mei 2009

Hoe verwarrend! Vlak na elkaar brengen twee zeer originele singer-songwriters, Scott Matthew en Scott Matthews, hun tweede plaat uit. Verder strekt de vergelijking echter niet. Hun beider muziek is van een hemelse pracht, maar lijkt absoluut niet op elkaar. Elsewhere volgt Scott Matthews’ treffende debuut, Passing Stranger, op. Er wordt doorgaans veel en gemakkelijk gerefereerd aan de grootheid Jeff Buckley, maar mijns inziens was de vergelijking nooit zo terecht als bij Scott Matthews. Niet alleen zijn manier van zingen, ook de wijze waarop de complexe en sfeervolle composities waren gestructureerd, droeg de kenmerken van Buckley. Desondanks zijn beide stijlen zo eigen, dat niemand zich in de benoeming van hun werk zal vergissen.
Vanaf de start van Elsewhere laat Scott Matthews horen dat dit geen herhalingsoefening is. Daardoor neemt hij direct afstand van bovenstaande vergelijking. Het album wordt voorzichtig opgebouwd, gedoseerd worden lagen aan de composities toegevoegd. Het stramien lijkt aanvankelijk een kern van eenvoud aan te geven. Het is pas bij de vierde song, Fractured, dat het vuur stevig aanwakkert en dat de tergende, jankende uithalen van Scotts karakteristieke stem weer te horen zijn. De hoofdrol die de vocalen overwegend op het debuut opeisten, krijgen ze pas weer terug in het meerstemmige (feat. Robert Plant) 12 Harps. Opmerkelijk is dat waar Passing Stranger de oren van de gemiddelde connaisseur direct wist te strelen, Elsewhere geen gemakkelijke paden inslaat. Niet alleen is het gedurfd om als ‘beginnend’ artiest van de beproefde formule af te stappen, het is ook nog eens bijzonder knap als je daarmee een echte groeiplaat kunt maken. Nadeel is natuurlijk wel dat een onmiddellijk succes als Elusive zich niet op de plaat lijkt te bevinden. Bovendien is het album als geheel minder snel te vatten. De sfeer is bij vlagen zelfs ongemakkelijk te noemen, hoewel hij met imponerende charme songs weet om te buigen in onverwacht classicistische structuren. Ondanks alle lof had ik graag de nadruk nog steeds op de verleidelijke gelaagdheid of vocalen horen liggen. De tijd zal echter van Elsewhere een evenzeer aangename metgezel maken. Wellicht dat het ons voorbereidt op een overweldigende consolidatie op album nummer drie. Als een oprecht talent is het voor Scott Matthews niet voldoende alleen beloftes in te willigen. Nu plant hij subtiel de zaadjes voor vernieuwende weelde in zijn uitgeslepen muzikale intriges.

Read more...

Scott Matthew - There is an Ocean that Divides, and with my Longing I Can Charge It, with a Voltage that’s so Violent, to Cross It Could Mean Death

De confronterend beeldende manier waarop de excentrieke muziek van Scott Matthew ons vooral bereikte, bereidt ons voor op dwalende ontdekkingstochten op deze opvolger. Dat begint nog voordat je de plaat hebt opgezet, want het artwork lijkt te vloeken met de stijl die ik inmiddels met Scott associeer. Daarnaast draagt dit album veruit de langste en meest verhalende titel die ik tot zover ben tegen gekomen, hoewel die zijn persoonlijkheid dan weer wel siert. Hij concentreert zich op krachtige en aansprekende thema’s, maar bij ontmoeting is hij een timide, zachtaardige persoon. Dat dualisme herken je ook in zijn teruggetrokken voorkomen, terwijl hij duidelijk een kind is van het moderne, uiterlijke individualisme. Het maakt van Scott Matthew een bijna mystieke figuur, die alleen door zijn betoverende expressiviteit naar ons uitreikt. Dat is precies wat ik verwacht van There is an Ocean that Divides en daar heeft hij John Cameron Mitchell lang niet meer voor nodig.
Reeds twaalf jaar geleden verruilde Scott Matthew de natuurlijke grootsheid van Australië voor de vrijheid in de spelonken van het grootstedelijke New York. Beide invloeden hadden een totaal ander geluid kunnen voeden. Toch past Scott’s muziek in beide situaties. There is an Ocean that Divides ontwikkelt op zeer minutieuze wijze de incommensurabele stijl van zijn eponieme debuut. Oude bekenden leggen hieraan ten grondslag. Zo is de productie wederom in handen van Mike Skinner (niet The Streets) en leent muzikale vriendin Holly Miranda haar eigenzinnige vocalen voor het etherische Dog. Het bloedstollende For Dick was al in volle glorie te horen tijdens zijn vorige toer.
Scott’s stijl is zo persoonlijk dat de beste beschrijving simpelweg ‘hartverscheurend’ zou zijn. Op geheel eigen wijze blijven de composities echter klein en ingetogen. Zijn stem hangt constant tegen snik en melodrama aan, maar laat nooit de controle varen, waardoor de aangrijpende nadruk des te sterker wordt. Dergelijke pure emoties maken volledige zuiverheid overbodig. Daarmee bevestigd hij subtiel zijn bijzonder kunstzinnige talent. De songs worden vaak door rauwe gevoelens overspoeld, resulterend in een collage van gitzwart, bloedmooi escapisme. Spiritualiteit is daarin leidraad, maar moet het ook vaak ontgelden. Ondersteunende, zacht voortslepende arrangementen maken de desondanks tedere en intieme sfeer compleet. Gelukkig kan men ook op adem komen met vriendelijke ballades als Community en German en het bedrieglijk opgewekte Thistle. Zolang de songs een vanzelfsprekende schoonheid uitstralen, zijn er geen verdere regels. Natuurlijk waren de verwachtingen groot, maar niemand had durven hopen dat Scott’s tweede album zo adembenemend zou klinken!

Read more...

Andrea McEwan - Rental Property

>> woensdag 20 mei 2009

Nog niet zo lang geleden berichtte ik hier over de EP Candle in a Chatroom. Drie fijne liedjes, maar eigenlijk te weinig om direct overtuigd te zijn. Andrea McEwan revancheert zoetjes met dit voorbeeldige debuut. Voor Rental Property geldt nog in grote make wat ik eerder zei: Andrea pakt iets van de jazziness van Norah Jones, de onbezorgdheid van Katie Melua en een tikje van de eigenzinnigheid van landgenote Sarah Blasko. Toch speelt er op dit album vooral een zeer volwassen artiest. De composities zijn zelfverzekerd en een stuk origineler dan je afgaande op de bovenstaande opmerking zou vermoeden. Ze heeft dan ook veel oefening gehad, want naast haar acteercarrière bleef ze altijd gewoon doen wat ze als jong kind al deed: liedjes schrijven. Na enkele optredens kreeg ze middels een demo de kans een muzikaal avontuur te beginnen met label Dramatico. Daar werkte ze in eerste instantie samen aan Katie Melua’s derde album, wat gelijk ook die invloed verklaart. Rental Property is een prettig toegankelijke plaat, die het door de ontspannende, classicistische popstijl goed zal doen op een luie zondagmiddag in de stoel of zon. Daar doet de bittere thematiek over mannelijke misdragingen en mislukte liefdes niets aan af. Inmiddels woont de Australische in Berlijn waar ze ook nog de inspiratie vond om uitgebreid te bloggen. Duidelijk een vrouw van vele talenten die komende zomer wel eens vele harten kan gaan veroveren.

Read more...

Grizzly Bear - Veckatimest

Met Yellow House werd Grizzly Bear in één klap een lieveling van de alternatieve scene. Hun geluid was herkenbaar en hebben we inmiddels in vele vormen horen terugkomen, denk aan bijvoorbeeld Sea Wolf of het prachtige zijproject Department of Eagles. Ook nieuwkomer Bon Iver leek wat Grizzly Bear koorts te hebben opgepikt. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het al langere tijd gonst rondom de opvolger Veckatimest dat ook nog eens op het vooraanstaande label van elektronica protagonisten verschijnt: Warp. Daar is de band een vreemde eend in de bijt, maar het misstaat niet. Wat direct opvalt is de enorm krachtige en onrustige sfeer die zijn eerste dreun uitdeelt met de opening Southern Point. Daarmee beklimmen ze een berg aan inspirerende ideeën voor arrangementen die ze op de rest van het album alleen maar ontoombaar afstormen. Vier van die wonderlijke arrangementen zijn mede van de hand van Nico Muhly, die werkte met o.a. Antony & the Johnsons en Rufus Wainwright. De experimentele onrust kent echter een ongekend gedetailleerde precisie die zorgt voor geborgenheid. Veckatimest overrompelt op een vriendelijke doch zeer vooruitstrevende manier. Alles wijkt voor de meest fantasierijke composities, maar ondertussen zit dezelfde fijnzinnigheid ook in de thematiek die zalig mooi wordt gedragen door de harmonieuze vocale samenkomsten. Dit laatste is echt een signatuur van de band. Het viertal is muzikaal zeer hecht en lijkt het album puur op gevoel te hebben geschreven. Waar ze het vuur onverminderd kunnen opstoken, weten ze het ook met tedere hand een zwijgen op te leggen. De diversiteit is indrukwekkend groot en in de intrigerende sfeerlagen kun je verdwalen. Het zou overigens ronduit een zonde zijn dat niet te doen. Iedereen die met Yellow House nog niet overtuigd was, moet Veckatimest een kans geven of accepteren wellicht één van de beste albums van het jaar te missen.

Read more...

Phoenix - Wolfgang Amadeus Phoenix

>> dinsdag 19 mei 2009

De suggestieve titel lijkt erop te duiden dat Phoenix ons verblijdt met een barokke suite. Een beetje grootheidswaanzin is de heren ook wel gegund. Phoenix opereert namelijk uit Versailles en het is algemeen bekend wat daar in de barok gebeurde. Het is dus niet opmerkelijk dat de heren meer dan een lichte fascinatie met deze periode hebben. Blijft daar ook iets van over in de composities op deze vierde plaat? Samen met Air, die met Kelly Watch the Stars aan de basis van hun succes stonden, vormen ze al jaren de garde van een mooi Frans exportproduct: de elektropop. Dat geven ze anno 2009 zeker nog niet op. Sterker nog, Wolfgang Amadeus Phoenix toont een nieuw en fris vuur in hun songschrijverschap. Niet dat ze ooit een misser produceerden, want zonder uitzondering bleken al hun albums al gauw een onmisbaar, aanstekelijk document. Hetgeen een vaste groep luisteraars na hun debuut tegenstond, namelijk de mierzoete arrangementen, zijn nu wat meer naar de achtergrond verdwenen. Het feit dat producer Phillipe Zdar van hun debuut United achter deze plaat zit, zal daar debet aan zijn. De songs op Wolfgang Amadeus Phoenix zijn op het scherpst van de snede en dat levert een zeer groovy en dansbaar album op. In tegenstelling tot het gros, was het debuut het minst aan mij besteed, maar de ruime ervaring van de band is ook hier terug te horen en dat maakt dit weer een typische Phoenix plaat. Tenzij we het label barok ook toekennen aan een bepaalde stijl elektropop, is daar geen sprake van. Wel maken we opnieuw kennis met een band die de trukendoos nog lang niet heeft uitgeput. Dit album zal in korte tijd net zo hardnekkig blijken als zijn voorlopers.

Read more...

Seeland - Tomorrow Today

>> maandag 18 mei 2009

Opgericht door Tim Felton (ex-Broadcast) en Billy Bainbridge (Plone) is Seeland een welkome aanvulling op het momenteel wat rustige elektrafuturistische gebied. Ze springen in het gat dat Stereolab lijkt achter te laten, maar hebben wat mij betreft meer affiniteit met het geluid van Broadcast. Toch is het een nostalgische gevoel dat overheerst op Tomorrow Today, wat daarmee een contradictieve titel dreigt te worden. Waar met name Broadcast iedere keer hun grenzen wist te verleggen, hangt er over Seeland duidelijk de atmosfeer van de elektronica experimenten en psychedelica van de jaren ’60 en wat jaren ’80 synths. De nummers zitten fijnzinnig in elkaar. De arrangementen van diverse klankpatronen zijn kundig aan elkaar gesmeed, altijd het liedje complementerend. In plaats van een vernieuwende positie in te nemen, kruipt Seeland op deze manier dichter naar een band als Oranger. Dat is beslist geen straf, want je drijft gemakkelijk weg op de lommerrijke, begeesterde nostalgie. Uit het elektronicagebruik blijkt de enorme ervaring en liefde voor de stijl van beide heren. Overigens is de band pas compleet met de baslijntjes van Neil McAuley, die veel bijdraagt aan die toegankelijke sfeer. Deze was nog afwezig op de eerder voorafgaande single en EP. Tomorrow Today is dus niet het toonbeeld van visionaire toekomstmuziek, maar wel een hele prettige popplaat. Vandaag is het morgen van de jaren ’60 nog altijd zeer welkom.

Read more...

Hans-Joachim Roedelius & Tim Story - Inlandish

>> vrijdag 15 mei 2009

De samenwerking tussen experimentele elektronica componist Hans-Joachim Roedelius en pianist en experimenteel musicus Tim Story gaat alweer een aantal jaren terug. Zo’n vijf jaar terug brachten ze de prachtige plaat Lunz uit, waarvan ook de remixes, toepasselijk Reinterpretations genoemd, als één van de weinige platen in dat genre mijn goedkeuring kreeg. Het waren dan ook niet de minste namen uit de pop, folk en dance die zich daarvoor leenden. Recentelijk heeft Anti Atlas ook dergelijk staaltje laten horen. Op Inlandish is van dergelijke buitenissigheid (nog) geen sprake. Wel is het weer een album gevuld met etherische composities, doorspekt van elektronisch experiment. Om hun stijl te omschrijven schieten woorden als ambient en soundscaping eigenlijk tekort, maar het onder klassieke muziek scharen voelt ook niet goed. Opmerkelijk is dat de heren samen een bijna paradijselijk rustig equilibrium blijken te vinden. Waar twee van dergelijk originele, creatieve geesten normaal gesproken op ramkoers zouden liggen, smelten deze samen tot een ongenaakbaar aureool. De composities zijn allen beeldschoon, maar niet altijd rustgevend. Ook het huidige album Inlandish is zeker niet van sombere dreigingen ontdaan. Juist door zijn subtiliteit is de dynamiek van Roedelios en Story’s muziek zo krachtig. Als een gulden middenweg tussen minimalistisch modern klassiek, à la Arvo Pärt of Philip Glass, en botsingen tussen klassiek en agressieve elektronica, à la Jon Hopkins en Rival Consoles, is Inlandish een veilige haven voor liefhebbers van beide uitersten. Het duo maakte wederom een elusief document waarin je jezelf volledig kunt verliezen.

Read more...

John McCusker - Under One Sky

>> donderdag 14 mei 2009

John McCusker is een gevierde Schotse multi-instrumentalist, componist en producer. Under One Sky bevat enkele prachtige composities die uitgevoerd worden door een dozijn getalenteerde Britse muzikanten door McCusker zelf uitgenodigd. Daaronder scharen zich onder andere vocalist Roddy Woomble (Idlewild) en Graham Coxon (Blur). Het album laat zich beluisteren als een klassieke folksuite. McCusker’s visie combineert vele verschillende genres, stijlen en tradities uit de Britse en Celtic folk. Van mooie ballades tot symfonische samenkomsten, Under One Sky is een moderne etalage die oude tijden doet herleven. De dynamische, schone productie doet wonderen voor het luisterplezier. Alles is tot in perfectie verzorgd, waardoor de stijlvolle en subtiele composities zeer goed tot hun recht komen. McCusker noemt het resultaat zelf het hoogtepunt van zijn muzikale carrière en daar valt in te komen. Uitzonderlijk is ook dat het gezelschap met Under One Sky gaat toeren.

Read more...

Vera - Leave a Line

Vera Jührend is een Rotterdamse singer-songwriter die op haar goedgevulde debuut sfeervolle popliedjes brengt, op smaak gebracht met een vleugje jazz of folk. In het begin kabbelt het album onopmerkelijk voort, maar songs als High Heels, Waiting en Stage Fright tillen het geheel stijlvol boven het gemiddelde uit. Zo af en toe eist een fijne contrabas de aandacht op, baslijntjes neerzettend met de charme van het debuut van Guillemots. Leave a Line is echter een album dat vooral dient ter ontspanning. Het is toegankelijk en vraagt weinig van de luisteraar zonder saai te worden. Goed, de variatie in stemgebruik had zo af en toe wat groter kunnen zijn. Over het algemeen echter zet Vera sterke vocalen neer, die goed kleuren bij de aangename akoestische arrangementen. Pas met het mooie slot en titelnummer vangen we een glimp op van wat die stem verder kan. Jammer dat dit niet meer ruimte heeft gekregen op de plaat. Weinig nieuws onder de zon dus, maar Leave a Line is wel een lekker genietbare plaat.

Read more...

Dijf Sanders - Homesick

Nog niet zo lang geleden knutselde de Vlaamse Dijf Sanders met elektronica en jazz, toen hij besloot zich expliciet op de pop de te gaan richten. Wie de muziek van Dijf echter een beetje kent, moet beter weten dan standaard popliedjes te verwachten. Met knutselen is hij al helemaal niet opgehouden. Homesick is de nieuwe vrucht van zijn vrije arbeid. Van jazz is slechts hier en daar op de achtergrond nog sprake. Voor het overgrote deel is het album gevuld met popcomposities. Deze zijn uit puur experiment geboren door het samensmelten van een veelvoud van elektronische geluidjes, samples, fragmentjes en kabbelende lijntjes. De muziek is daarom zeer gelaagd en erg verrassend. Aan een vastomlijnd genre heeft hij geen boodschap. De nummers zijn meer dan eens humoristische te noemen, net als de presentatie. Daarnaast kunnen ze ook zeer scherp en aanstekelijk zijn. Homesick leent zich even gemakkelijk voor een tripperige achtergrondsound als een diepere exploratie. Een beetje vreemd misschien, maar ach, dat vinden Nederlanders van de Belgen al gauw.

Read more...

Black Moth Super Rainbow - Eating Us

>> woensdag 13 mei 2009

Black Moth Super Rainbow mort aan de poort van een stijl waar tot voor kort andere namen veelal de dienst uitmaakten. De band uit Pittsburg heeft een duidelijk experimenteel karakter met een basis in de folktronica en psychedelische pop. Toch kunnen de fijne en complexe popcomposities die daaruit volgen niet direct als zeer vernieuwend gezien worden. Achter de poort bevinden zich namelijk namen als Stereolab, Broadcast en Air. Met dit inmiddels alweer vierde album onder de huidige naam loert de band op definitief Europees succes. Dat zou zomaar eens kunnen gaan lukken, want het geheel klinkt zeer geïnspireerd. Doordat ze van wanten weten met de stevige kanten van hun muziek, klinken ze net even urgenter en progressiever dan de genoemde namen. Eating Us werd door niemand minder dan de welbekende Dave Fridmann (Mercury Rev) geproduceerd. Hij tekende eerder al voor albums van mooie indiebands als The Flaming Lips, Sparklehorse, Low en Goldrush. De variatie op het album is groot. Even gemakkelijk schakelt BMSR tussen speelse en pakkende melodieën op opverende ritmes en uitgesponnen, diepe, atmosferische klanktapijten. De gelaagdheid van de bossen van Pennsylvania zijn overal terug te vinden in hun stijl. Eating Us laat elektronische muziek van zijn beste kant horen.

Read more...

Lissy Trullie - Self-Taught Learner EP

De uitstraling en de muziek van Lissy Trullie deed mij direct denken aan de ondergewaardeerde gitaarband Levy. Er zijn dan ook verscheidene overeenkomsten met de band van James Levy. Om te beginnen komen beide bands uit de Big Apple en klinken ook bijzonder stads. Daar past een jong image bij. Zowel Lissy Trullie als Levy hebben het geluid van catchy high-school bandjes tot geperfectioneerde poprock ontwikkeld. Het onbevangen gevoel is gebleven, maar iedere vergelijking is ze eigenlijk onwaardig. Een zekere mate van arrogantie past ook bij dat beeld. Self-Taught Learner toont een innemend zelfvertrouwen. Waar Levy de bitterzoete toonzetting verdiepte door een lekkere groove en zwarte songteksten, is Lissy Trullie wat scherper en minder gepolijst. Zo krijgt, behalve het voor de hand liggende verschil tussen man en vrouw, het katje ook nog nagels. Dat siert haar, want de gelijkenis is weliswaar erg sterk in de titelsong, maar de zes songs weten zo op zichzelf ook makkelijk de weg naar het geheugen te vinden.

Read more...

Sixtoes - Trick of the Night

>> dinsdag 12 mei 2009

Je waant je in andere tijden bij het beluisteren van Trick of the Night. SixToes is geen doorsnee band. Ze kijken met hedendaagse blik naar de stijlkenmerken die teruggaan tot de Renaissance en Barok. Het onmogelijke gebeurt, want het samensmelten van ruim vijf eeuwen muziekgeschiedenis klinkt intrigerend en erg mooi. De band uit Londen kende dan ook een voorspoedige start. Ze deelden het podium met artiesten als Laura Marling, Mystery Jets, King Creosite, Jamie T en Sons of Noel and Adrian. Vooral die laatste biedt een prettig aanknopingspunt voor de stijl van SixToes. Ze zouden niet misstaan naast de eclectische folkvrienden van het Willkommen Collective. En passant maakten ze ook nog een remix van Depeche Mode’s Jezebel die op Sounds of the Universe te vinden is. Dan heb je het als bijzonder eigenwijze en excentrieke band toch prima voor mekaar?
Bij beluistering is direct duidelijk waarom. Niet alleen bezit het gezelschap een uitzonderlijk talent, de synergie getuigt ook nog eens van een ijzersterke visie. Trick of the Night is een album dat kan wedijveren met het idiosyncratische Fleet Foxes of The Miserable Rich en heeft het in zich om evenveel harten te veroveren. Dan moet de promomachine wel vlotjes gaan draaien. Verwacht namelijk niet een louter zonnige sfeer, want SixToes deinst er niet voor terug tot grote dieptes af te dalen om zware emoties aan te boren. De geschiedenis kent vele zwarte bladzijden en die lijken niet te worden vergeten. Zoals de dramatische intriges en tragikomische stukken van Shakespeare, stapelt de muzikale gelaagdheid zich op. Gedurende het hele album blijven deze Engelse telgen hun ingetogen stijlconcept trouw. De in elkaar grijpende melodielijnen met harmonieuze samenkomsten zijn een knappe troef. De donkere stem doet vaak denken aan Dez Mona, Marc Almond of de rokerige vocalen van Dick Rivers, die door Oi Va Voi gebruikt werden. De kamerpop setting pakt ook voor SixToes beeldschoon uit. Het akoestische instrumentgebruik – vocalen, tokkelaars, strijkers en blazers- is creatief en zeer kundig. SixToes zou geen voor de hand liggend succes zijn, maar het is ze van harte gegund.

Read more...

Ohbijou - Beacons

Bella Union heeft een reputatie hoog te houden als het gaat om het vinden van onverwachtse pareltjes in de popmuziek. Ohbijou’s debuut was helaas geen internationale release beschoren, maar als daar de grondslag ligt voor dit prachtige Beacons moet daar snel verandering in komen. Deze tweede plaat laat een folkpoporkestje horen van zeven leden die elkaar perfect lijken aan te voelen. Het fijnzinnige songschrijverschap van voorvrouw Casey Mecija is daarin een dwingende en bindende factor. Labelgenoten Midlake en Fleet Foxes zijn al geen gekke referentiepunten, maar liefhebbers zullen zeker ook Brown Feather Sparrow, Dévics, het timbre van Lampshade en enkele vrouwelijke, Scandinavische singer-songwriters herkennen. De wortels van Ohbijou liggen echter in Canada. De gevoelige liedjes vonden hun oorsprong in de slaapkamer van Casey. Hoewel de arrangementen een rijke, gloedvolle klankkleur hebben, klinken de meeste liedjes ook zo. Vooral de weelderige strijkers van Andrew Kinoshita geven de composities vleugels, terwijl het pianospel vaak wat hakkerig blijft. Inmiddels is de band een graag geziene gast op poppodia in de culturele smeltkroes Toronto. Beacons geeft garantie op enkele verstilde momenten met magische lading en kent tegelijk het weidse gebaar dat hedendaagse folkpop zo divers en captiverend maakt.

Read more...

Jason Lytle - Yours Truly, The Commuter

Slechts enkelen zullen opleven bij de naam Jason Lytle, maar vrijwel iedereen spitst de oren bij het horen van de naam Grandaddy. Het verschil is niet meer dan een band. De voorman van Grandaddy, nu bekend als Jason Lytle, is solo gegaan. Dat kan voor vele fans alleen maar goed nieuws betekenen. Na het eind van Grandaddy is Jason Lytle ook verhuisd. Nu verschalkt hij zich in Montana, maar het zuidelijke Californië is hij niet vergeten. De combinatie van het warme bloed en de noordelijke bergen resulteert in een nieuwe bron van inspiratie. Daar plukken wij met Yours Truly, The Commuter de vruchten van. Wat opvalt is dat Jason misschien net iets persoonlijker is gaan klinken dan met band. Toch is de overgang ook niet wereldsgroot. Daar zal echter niemand over klagen, want eigenlijk was niemand dan de heren zelf klaar voor het verlies van Grandaddy. Met Jason Lytle’s solopraktijken krijgt die bijna legendarische staat van dienst een meer dan waardige opvolger in het lo-fi electronica genre. Jason schept fijne, uitrollende atmosferen die soms aanvleien tegen een gemoedelijk ritme en wat norse bromtonen. Bitterzoete lyriek en zwarte romantiek is te vinden in de teksten die de aangenaam herkenbare klanken leiden. Tegelijkertijd zorgt de intieme aard van de melodramatische trekjes ervoor dat de soundscapeachtige pop voldoende vooruitgang kent. Liefhebbers kunnen deze plaat blind aanschaffen.

Read more...

Immaculate Machine - High on Jackson Hill

Immaculate Machine is zeker geen nieuwkomer. Inmiddels staan er al twee EP’s en drie albums op naam van de band rondom singer-songwriter Brooke Gallupe. High on Jackson Hill maakt desondanks een zeer frisse indruk, die wellicht te danken valt aan de verschuivingen in de line-up van de band. Zo richt toetseniste en medezangeres Kathryn Calder zich steeds meer op The New Pornographers. Urgent is niet het juiste woord om de iets ruwe stijl van Immaculate Machine te beschrijven, want de ritmes zijn doorgaans relaxed en de melodielijnen met zorg uitgewerkt. Daar toont zich het ware talent van Brooke Gallupe. In bepaalde opzichten is High on Jackson Hill ook een experimenteel album. Dat moet je vooral zoeken in de zoektocht naar nieuwe klanken. Er waren in dat creatieve proces geen grenzen. Zonder dat het liedje zelf daar onder leidt, komen in veel arrangementen de vruchten van die zoektocht terug. Auto’s die starten, deuren die dichtslaan, keukenslagwerk en een koortje met dichtgeknepen neuzen. Afgezien daarvan uit de band beslist een groot speelplezier. Hoewel pop en rock constant de meest prominente ingrediënten zijn, worden lichte folk en rootsinvloeden niet geschuwd. De stabiele kwaliteit van de songs in combinatie met het klankexperiment, maakt een solide en avontuurlijk album dat soms iets weg lijkt te hebben van Eels of Grandaddy zonder alle elektronica. High on Jackson Hill is een lekkere plaat met songs die gemakkelijk blijven plakken, maar absoluut niet op zoek lijken te zijn naar een hit. Die ontspannen houding is een sluw wapen.

Read more...

Foreign Born - Person to Person

>> maandag 11 mei 2009

Een goed begin is het halve werk. Op Person to Person laat Foreign Born je daar tot het tweede nummer mee wachten. Dan slaat de zonnesteek toe en koppen ze in met een zomers rifje. Zo ontspinnen zich de ontspannen en prettig gestoorde karaktertrekken van deze Californische band. De songstructuren lijken niet altijd erg vastomlijnd, maar de pakkende manier waarop invloeden uit de jaren ’70-’80 samenvloeien met het grootse folkrock gebaar dat opkwam na Arcade Fire is erg aangenaam. Foreign Born is er niet op uit hapklare, gepolijste songs te spelen. Ze lijken erop te gokken dat het engagement dat ze zelf tonen vanzelf wel zal overslaan op de luisteraar. Daarin hebben ze ten dele gelijk. Enkele songs hebben een urgentie die je direct begrijpt, maar anderen vragen om wat meer geduld. Zonder stereotypisch te klinken, is Person to Person perfect voor een nachtelijke barbecue op het strand zonder servetjes. Hun subtiele en excentrieke trekjes vinden aansluiting bij innovatieve bands als Wolf Parade en The Walkmen. De leuke stijlcombinaties maken van Foreign Born misschien niet onmiddellijk een hoogvlieger, toch biedt de band absoluut geen karige luisterervaring.

Read more...

Bastila - Bastila

Het meest prominente voorbeeld van de aansprekende stijl die deze Engelse eilanders van Isle of Wight - net onder Portsmouth - tentoonspreiden, vonden we recentelijk vooral bij The Last Shadow Puppets. Kennelijk is voor al die grootsheid wat jonge overmoed geen overbodige luxe, maar Bastila’s visie ontleent verder weinig aan Arctic Monkeys of The Rascals. De voormalige schoolvrienden zochten naar een geluid dat indiepop in een nieuwe richting duwt. Dat is redelijk gelukt, want in de pregnante songs van Bastila vinden we onder andere invloeden uit de reggae, ska en psychedelica terug. Bovendien komen veel wereldse folktradities daarin soms samen. Als je goed luistert hoor je bijvoorbeeld klanken die je meevoeren naar de romantiek van Russische zigeuners, de Balkan of zelfs wat Celtic. Dat komt voornamelijk door de rol van de trompet. Maak echter niet de vergissing dat het album een zoetig Britpop ritje wordt, want ze delen een enorm energieke punch uit. Zeer aanstekelijke baslijntjes zorgen er algauw voor dat je meer doet dan een beetje meedeinen. In goede Britse traditie werd de bandnaam beslecht over een biertje in de Tsjechische tafelvoetbalkroeg Bastila. Zoals vaak met dit soort muziek, wordt het op den duur wel wat vermoeiend. Daar staat tegenover dat de nummers niet voor elkaar onderdoen, waarmee eigenlijk ieder nummertje Bastila afzonderlijk een feestje wordt. Eigenlijk is de huidige singel, The Slacker, daarvan misschien nog wel de minst imaginatieve en daarmee steken ze The Last Shadow Puppets al gemakkelijk naar de kroon.

Read more...

Akron/Family - Set 'Em Wild, Set 'Em Free

>> zaterdag 9 mei 2009

Er zijn van die bands die niet direct weten te overtuigen, maar die je ook nog niet afschrijft. Over Akron/Family kon ik maar niet besluiten of het allemaal ongemeende gekkigheid, een gimmick of toch een oprechte muzikale visie was. Na vijf jaar en een flinke hoeveelheid aandacht door onder andere optredens op festivals, komt Akron/Family met alweer hun vierde plaat. Eigenlijk schreeuwt de hele presentatie een enorm zelfvertrouwen en muzikaal patriottisme uit. Het mag dan ook geen verrassing zijn dat het album als een vuur ontbrandt. Het labeltje freakfolk is voor Akron/Family meer dan treffend, hoewel ze ook stevig kunnen rocken. Ze spelen hun unieke songs met bezeten begeestering, waarin Amerikaanse naast bijvoorbeeld Afrikaanse invloeden consistente delen zijn en altijd ruimte is voor melodie en subtiliteit. Eigenlijk zijn de veel gehoorde kreten die de groep tussen Animal Collective en Fleet Foxes bijzonder accuraat. Daar kan je een chaotische groep als The Dodos gemakkelijk aan toevoegen. Zelf voelen ze zich zeker wild en vrij, dus de oproep van de titel zal voor anderen bedoeld zijn. Met dit album vormen ze in ieder geval een geweldig precedent.

Read more...

Le Monde selon Monsanto, van Marie-Monique Robin

Ze worden steeds vaker gemaakt; documentaires die de schaduwkanten van onze samenleving pijnlijk blootleggen. Deze inzichtelijke, Vlaamse documentaire focust op de Amerikaanse multinational Monsanto, een bedrijf dat zich richt op zaadveredeling. Het overgrote deel van de transgene producten die verbouwd worden op de wereld is eigendom van dit bedrijf. De kracht van het thema zit in het feit dat dit deel is van ons dagelijks leven. De stukjes alarmerende informatie waaruit het verhaal is opgebouwd, tonen een ingewikkeld web van beïnvloeding verspreid over grote delen van de wereld. De documentaire slaagt erin de puzzel ineen te schuiven tot een samenhangend en confronterend verhaal. Op slinkse wijze lijkt Monsanto een mondiaal monopolie te bereiken, waarin vrijwel alle landbouw hun eigendom wordt door uitgebreide patenten op zaad, politieke lobbies, onethische wetenschap en juridische gevechten. Dit maakt ons voor vele basisbehoeften afhankelijkheid van één bedrijf; een gevaarlijke machtspositie. Bovendien zorgt het risico op transgene besmetting ervoor dat authentieke gewassen langzaamaan kunnen worden aangetast en biodiversiteit verdwijnt. Dat geldt dus ook voor gebieden waar strenge regels bestaan, zoals Europa en Mexico. Door te spelen met producten voor levensonderhoud, vormt zich een grimmig wereldbeeld dat alle lagen van de bevolking raakt.

Read more...

Toy Fight - Peplum

>> vrijdag 8 mei 2009

Fransen lijken een vreemde fascinatie te hebben voor speelgoed. Recentelijk nog maakte Coralie Clément het album Toystore en regisseur Michel Gondry lijkt het spelen en knutselen nog lang niet verleerd. Toepasselijk is ook dat Gondry geïnspireerd zou zijn door popmuziek en zelf geboren is in Versailles, de broedplaats van Frankrijks bekendste elektropop bands. Toy Fight lijkt met de bandnaam uit te willen drukken hoe hun springerige, bedrieglijk naïeve muziek klinkt. Even bijzonder is echter dat wij nooit van een tweede album als Peplum hadden kunnen genieten als City Slang de uiteengevallen band niet gered had met een deal. Het drietal greep de gelegenheid aan om van Peplum een in hun ogen zo perfect mogelijk album te maken. Vooral het excentrieke plezier dat van de plaat afspat, getuigt daarvan. Onweerstaanbare melodietjes met aanstekelijke ritmes en een rijk en creatief instrumentarium maken van Toy Fight een unieke groep. Afgezien van de speelsheid lijkt er weinig typisch Frans aan hun geluid, hoewel Cocoon een aardig uitgangspunt biedt. Toy Fight slaagt waar Lake bleef steken. Muzikale spitsvondigheid was zelden zo innemend en mooi tegelijk.

Read more...

Patrick Watson - Wooden Arms

Na het nog verse Europese succes van Close to Paradise zullen er weinig albums zijn waar zo naar wordt uitgekeken als Wooden Arms. Zelden was het predicaat betoverend toepasselijker dan op Patrick Watsons muzikale wereld. Dit derde album heeft dan ook de monsterlijke taak om de wildste verwachtingen te gaan overtreffen. Daarvoor heeft ons Canadese wonderkind niet de gemakkelijkste weg gekozen. De weelderige orkestraties van zelfs de meest ingetogen melodie geven op Wooden Arms nog meer een symfonische indruk. Daarmee komen kenmerken bovendrijven die op het debuut, Just Another Ordinary Day, hoogtij vierden. Ten opzichte van Close to Paradise levert hij daarom iets op toegankelijkheid in. Een slinkse zet, want, zoals al bij Just Another Ordinary Day bleek, zou het met Wooden Arms een stuk moeilijker doorbreken zijn. Van dergelijk lef kan ik alleen maar genieten. Naast klassieke invloeden krijgen ook een traditioneel instrumentarium met dito arrangementen meer ruimte. Deze horizonverbreding ten spijt is Watson vooral zichzelf gebleven. Dat is een hele opluchting, want na de twee voorgangers was ik verre van uitgeluisterd. Als hij zo ongestoord zijn eigen paden blijft volgen, is al het succes hem van harte gegund. De diepte van een echoput, de schittering van een sterrenregen en de sprankelende complexiteit van een waterval, Watson weet wereldlijke schoonheid bijna pijnlijk op de spits te drijven. De intrigerende vooruitstrevendheid die in zijn muziek huist, prijkt met slechts een handvol artiesten op mijn favorietenlijstje. Daaronder begeven zich o.a. Sweet Billy Pilgrim, Jeff Buckley en Ghost Trucker. Ik kan echter niet afsluiten zonder te vermelden dat diegenen die naar de winkel rennen voor Wooden Arms zich een enorm plezier doen met het album van DM Stith en de laatste My Brightest Diamond. Er zijn niet veel muzikanten die zoveel visie tonen. Het vieren van muzikale vrijheid maakt op deze manier van iedere seconde een zaligheid.

Read more...

Bachelorette - My Electric Family

Op My Electric Family vinden we de Nieuw-Zeelandse singer-songwriter Annabel Alpers op weg naar internationale roem. Aan dit elektroakoestische kunstwerkje gingen een album en EP vooraf die nog niet direct overal konden aarden. Dit tweede album zal negeren moeilijk maken, want haar fijne vocalen in combinatie met hemelse en aanstekelijke melodieën overtuigen in een oogwenk. Erg leuk zijn ook de nostalgisch aandoende klanken die uit haar synths vliegen. In haar verkenningen van de schieroneindige mogelijkheden van de elektronische muziek komt Bachelorette telkens terug op de fascinatie die daaraan ten grondslag ligt. De relatie tussen mens en machine krijgt in de zoete ritmiek van My Electric Family meer de aard van een liefdesverklaring. Het is goed merkbaar dat Annabel goed geluisterd heeft naar Europese voorbeelden als het Franse Air, het Nederlandse Bauer of Anderson, het Engelse Broadcast, het deels Italiaanse Populous with Short Stories en het Zweedse Pacific! Dat betekent wel dat ze zich begeeft in een druk genre waar het lastig zal zijn op te vallen. Aan haar talent zal het niet liggen. Alles op My Electric Family klinkt toch net even anders dan voorgangers. Ze zoekt altijd de perfecte balans tussen pop en folkinvloeden. Bachelorette toont ons een universum waar de laagjes in afwijkende volgorde opeen gestapeld liggen.

Read more...

My Latest Novel - Deaths & Entrances

>> woensdag 6 mei 2009

My Latest Novel is een Schotse band die met hun debuut Wolves hier niet echt hoge ogen wist te gooien. Onterecht, want het bleek een regelrechte groeiplaat met veel mooie composities die hun geheimen uiterst gedoseerd leken af te geven. Om goed te luisteren moest je je echt overgeven aan de ritmes op de plaat en aan het infuus. Dat wordt met opvolger Deaths & Entrances niet anders. De band is zijn eigenwijze zelf gebleven en heeft zijn herkenbare geluid verder uitgekristalliseerd. Dat betekent concreet dat waar de composities op Wolves verschillend van opbouw waren, Deaths & Entrances eenduidiger is. De iets wollige, donkere onderlagen krijgen veelal een heldere omlijning van strijkers. De melodieën zijn duidelijk en kunnen sterke refreinen hebben. My Latest Novel volgt overwegend Britse paden en komt daarop bands als The Open of Hope of the States tegen. Daarnaast is de uitgesproken Schotse folkrocksfeer wederom aanwezig. Een belangrijk kenmerk is het diverse gebruik van samenzang, waaruit op subtiele wijze de verhalende songs ontspringen. My Latest Novel maakt muziek die niet te koop loopt met zijn kwaliteiten en speurneuzen vraagt nogmaals te luisteren. Dan blijkt ook dit tweede album een heel aantal verrassingen te bevatten.

Read more...

British Sea Power - Man of Aran

>> maandag 4 mei 2009

Man of Aran is een Iers docudrama (1934) over het leven in harde condities op de ruige Aran eilanden, die langs de west Ierse kust liggen. De film won in 1935 de Grote Prijs op het filmfestival in Venetië en kijkend naar de indrukwekkende, maar vooral ook knappe en snelle scènes van deze oude film is niet moeilijk voor te stellen waarom. Dat verklaart gelijk waarom British Sea Power ‘ja’ zei op het verzoek de film van een nieuwe soundtrack te voorzien. Wie echter denkt een typisch BSP album in handen te hebben, komt met Man of Aran bedrogen uit. De soundtrack is echt op de film geschreven, zodat het eigenlijk meer wordt dan dat alleen. De letterlijke soundscapes zitten de film als gegoten. Afgezien van een passende cover van Come Wander with Me zijn het originele composities, waarin de hand van BSP te herkennen is vermengd met sfeerverhogende folkelementen. BSP is voor mij altijd een band geweest die zich kranig staande wist te houden tussen het geweld aan andere Britse indiegeluiden, zonder daar echt bovenuit te steken. Met dit project tonen ze zich echter van hun meest creatieve kant. Het idee is op zich niet nieuw, denk aan Steve Reich en anderen, maar pakt een stuk vooruitstrevender uit dan bijvoorbeeld Marie Antoinette van Sofia Coppola.

Read more...

Doelstelling van deze blog

Meer aandacht voor het (nog) onbekende. In tenui labor of toch niet?

Mededelingen

Donderdag 1 juli: deze week weer een frisse herstart verwacht.
Kort reces tot 13-05-10.
Na een kort reces vandaag (24-02-10) weer aan de post. Inmiddels is deze blog twee jaar geworden!
Gedurende december zullen er minder recensies worden geschreven
21-31 augustus: tijdelijk even geen recensies ivm een kort reces
Zondag 14 juni: Creative Commons licentie BY NC ND van toepassing op alle inhoud
Woensdag 3 juni: zoekfunctie en auteursrechtenonderdeel toegevoegd
Dinsdag 19 mei: template aangepast, hopelijk verbeterd
Vrijdag 15 mei: nieuw template; ontwikkeld door Ourblogtemplates.com, 2008

Auteursrechten

© Copyright Benjamin N. Vis

Uitgezonderd waar anders vermeld, is op alle inhoud van deze blog een Creative Commons Attribution 3.0 License van toepassing. Deze is hieronder gespecificeerd als CC BY NC ND. Voor meer informatie klik op de links aldaar.

  © Blogger templates Inspiration by Ourblogtemplates.com 2008

Back to TOP  

Creative Commons License
werk van Benjamin N. Vis, Nieuwe Geluiden is in licentie gegeven volgens een Creative Commons Naamsvermelding-Niet-commercieel-Geen Afgeleide werken 3.0 Nederland licentie.