The Bullfight - Stanger than the Night
>> woensdag 21 april 2010
Zo af en toe lijkt het dat er naast Lynchiaanse cinema ook een vergelijkbaar muziekgenre bestaat en als dat zo is, dan paste het vervreemdende debuut van de Rotterdamse band The Bullfight, One Was a Snake, daar uitstekend in. Vier jaar hebben we moeten wachten op een opvolger, maar deze maand komt het suggestief getitelde Stanger than the Night uit. Waar de hoofden van de personages in het artwork van One Was a Snake nog ornithologisch waren vervangen, prijken op Stanger than the Night twee mythische maskers die het animisme van de band verder voeren. Een morbide maskerade is ook deel van de plaat. De duistere, raadselachtige toonzetting van het debuut, die The Bullfight zelf leidde tot de noemer ‘pop noir’, is niet veranderd. De band is wel gegroeid en gewijzigd van samenstelling. Hun composities klinken gerichter en diverser.
Waarschijnlijk precies zoals verwacht, is Stanger than the Night niet precies zoals verwacht. Twee belangrijke elementen bekleden plezierige glansrollen: het hammond orgel en de viool. Die geven de songs een plezierig zinderende, uitgestrekt lijzige ondertoon. Wat daar nog aan ontbreekt, voegen de vocalen minstens toe. Die ietwat luie, doch volle intense laagtes van frontman Nick Verhoeven vormen een kenmerkende troef. Uit zijn strot glijden gitzwarte themata, waarin escapistische romantiek, zoals die oorspronkelijk is bedoeld, met een vleugje verwondering hoogtij viert. In het narratief neemt de band, net als Fuck the Writer, geen blad voor de mond. Dat gebeurt echter op makkelijk te vergoelijken wijze. Muzikaal gaat iedere vergelijking slechts ten dele op door het hedendaagse eclecticisme. De zwaardere (post)rock accenten doen denken aan The Fields en het Nederlands-Ierse House of Cosy Cushions, terwijl de americana terecht kan bij Wovenhand en de sombere ballades bij Nick Cave. In de spannende sfeer is nog altijd een cinematografische knipoog van David Lynch te ontwaren. Tegelijkertijd weet The Bullfight enkele echte, alarmerende popliedjes te maken. De koortsachtige baslijntjes in bijvoorbeeld Dance With Me, Damn It en Wild Flowers tonen het vakmanschap van de band.
De pop en americana-invloeden, hoe donker ook verpakt, houden Stanger than the Night toch nog opmerkelijk luchtig. Het geeft het album, door de al theatrale toon, bijna een variété karakter. Uiteindelijk is Stranger than the Night als geheel daarvoor te zwaar en artistiek. Net als het debuut is ook deze opvolger niet voor iedereen weggelegd. Het is subtiel, maar ook weer niet. Het is donker, maar ook weer niet. Het is avant-garde, maar ook weer niet. Eigenzinnig is The Bullfight zeker en dat mag worden gehoord.
0 reacties:
Een reactie posten