Vampire Weekend - Contra
>> zondag 10 januari 2010
De nieuwe plaat van Vampire Weekend is ongetwijfeld één van de platen waar het meest naar uit werd gekeken voor het nieuwe jaar. Ruim een week in 2010 en het wachten wordt beloond. Net als het onverwacht populaire Yeasayer had Vampire Weekend met hun debuut bij mij ruim de tijd nodig om de weg naar de luidsprekers te vinden. Anders dan genregenoten, die zich blijken te groeperen in noemers als New Weird America of freakfolk, lag het Afrikaans polyritmische bij beide groepen er wat te dik op. Dat neemt niet weg dat de kwaliteiten van Vampire Weekend onmiskenbaar zijn.
Eclecticisme klinkt zelden spitsvondiger dan bij deze band en dat laat onvermijdelijk zijn sporen na. Dat bedoel ik in positieve zin, want de overtripte songs zijn even irritant als onweerstaanbaar. Deze dichotomische combinatie is vaak een succesformule. Dat is bij Vampire Weekend gebleken. Het ziet er niet naar uit dat Contra daar verandering in brengt. In vrijwel alle opzichten zet het ingeslagen wegen op overtuigende wijze voort. Zeker één van de meest veilige manieren om een succesvol eerste album op te volgen. Het album opent met het ietwat aftastende Horchata. Een plezierig drankje dat het waard is te worden geëerd met een liedje. In vergelijking met de eponieme eerste plaat valt mij op Contra de electronica meer op. Daardoor doet Contra me overigens denken aan het dubbelproject van Zach Condon, March of The Zapotec and Real People Holland, maar dan in samengesmolten vorm. Hoewel klassieke muziek in de mix niet ontbreekt, bekleedt deze niet meer dan een versierende rol. Polyritmiek, Afrikaans en Caraïbisch, blijft de belangrijkste troef. Die heeft zijn succes bij de massa vooral te danken aan de uitnodigende popmelodieën. Zonder dergelijke rode draad, die bovendien ook nog eens feilloos bij soulpop en indiepop aansluit, had de band de internationale aandacht waarschijnlijk kunnen vergeten.
Vampire Weekend blijft een onverwacht fuifnummer, hetgeen ook direct mijn onverdeelde steun voorkomt. De band bespeelt de massa, maar toont ondanks de verrassende formule daarbinnen weinig subtiliteit en echte variatie. Daardoor wordt Contra net als het debuut naar het eind toe vermoeiend. Rustpunten kent de plaat nauwelijks en de overdreven aanwezige percussie verliest op een gegeven moment zijn zeggingskracht. Het zijn echter beperkte smetjes op het blazoen van een band die dit jaar ongetwijfeld weer menig festival zal overdonderen.
0 reacties:
Een reactie posten