Sukilove - Static Moves
>> zondag 3 januari 2010
Wat betreft de Belgische Sukilove loop ik achter de feiten aan. De afgelopen negen jaar maakte deze uitzonderlijke band een flinke opmars die gepaard ging met de nodige schijven. Static Moves is daarvan de meest recente. De band roemt zich om zijn onvatbaarheid. Nu hebben genreomschrijvingen al reeds lange tijd afgedaan. Ze dienen louter nog als gidslijn of indicatie. De grote hoeveelheid genres waaruit door het gros van de nieuwe artiesten wordt geput, maken dat de muzikale 21ste eeuw misschien wel het beste kan worden getypeerd als een tijd van eclecticisme en integratie, hetgeen overigens ook in de wetenschap geen onbekend fenomeen is. Sukilove is dus ontegenzeggelijk een kind van zijn tijd.
Het meest opvallende aan de nummers op Static Moves is de uitgesproken donkere ondertoon die in alles lijkt door te sijpelen en daarmee een constante fundering vormt. Die fundering kan echter wel verschillende vormen aannemen. Een donkere ondertoon voor hedendaagse bands kent men vooral van grote voorbeelden als Interpol en Editors. Vaak ook is er sprake van de nodige jaren ’80 referenties. Dat is bij Sukilove niet echt het geval. Voorbeelden die ook wel raad weten met diepe donkertes zijn Archive en Stateless; beiden in de zin van progressive rock en vooral dance. Dat eerste genre is niet geheel onterecht vaker gebruikt voor de muziek van Sukilove, evenals het mijns inziens minder typerende gothic. Sukilove brengt echter andere kenmerkende factoren ten tonele. Ze houden namen van hetzelfde knip-en-plak en experimenteerwerk als akoesmatische en folktronica georiënteerde acts. Daardoor blijft melodie een wezenlijk onderdeel van de mix. Zodanig zelfs dat deze vrijwel altijd de boventoon blijft voeren ondanks het roestige, knarsende, snerende en noisegeweld op de achtergrond. Na deze analyse borrelt er wel een treffende referentie naar boven, namelijk: Fields. Fields is een band met roots in verschillende landen en we wachten al geruime tijd op een beloofde opvolger van het debuut. Fields toonde zich van de zware kant waar het ruige gitaarrock betreft, hetgeen bij Sukilove alleszins meevalt.
Dat Sukilove met alle experimenteerdrang en de donkere fundamenten toch relatief plezierig, luchtig klinkende poprock songs aflevert, is waarschijnlijk te danken aan de grote ervaring van voorman Pascal Deweze. In zijn studio werden ook Sukilove’s platen opgenomen. De hechte en melodische grondslag zorgt voor een uitzonderlijk plaatje dat toch in de breedte goed beluisterbaar blijft.
0 reacties:
Een reactie posten