The Dodos - No Color
>> zaterdag 7 mei 2011
Vergeet Vampire Weekend, Yeasayer, namen die zo’n beetje gelijk staan aan percussiezware pop en Afrikaanse polyritmiek, The Dodos kunnen met dergelijke invloeden beter uit de voeten. Overdonderden ze nog met Visiter, op Time to Die namen ze gas terug. No Color is weliswaar één van die zeldzame albums waar ik moeilijk bij stil kan blijven zitten, toch biedt het een aardige mix van de overrompelende energie op Visiter en de meer bedachtzaam geconstrueerde songs op Time to Die. Dat alleen is voldoende aanbeveling.
The Dodos brengt ons muziek die minder hypegevoelig is dan voornoemde namen. Ze maken gebruik van de percussieve invloeden, maar later zich er minder door leiden. Zoals White Rabbits meer richting poprocksongs neigt, sluit The Dodos nog steeds aan bij schone pop als van The Acorn. Dat levert interessantere muziek op die dus nog evenzeer in staat is de botten te laten rammelen. Hoogtepunten zijn onder andere het van subtiliteiten doorspekte Sleep, een aanstekelijke song als Don’t Try and Hide It en gelaagde afsluiter Don’t Stop. The Dodos geeft het syncopatische, tribale karakter wat verfijning, niet in de laatste plaats door intrigerende omslagen, melodielijnen en geoliede samenzang waar nodig zonder over te gaan tot rockerig feestnummer. Bovendien horen we op No Color weer van die pakkende ideeën met vingervlug gitaarspel dat prima samenvloeit met de weelderige ritmes. Ondanks alle woorden van lof ben ik aan het eind van No Color toch minder geraakt dan ten tijde van Visiter en Time to Die. Een kleine smet waarmee ik ze maar snel laat wegkomen.
0 reacties:
Een reactie posten